Ed en Jolanda Bakker

             Round and around  and around we go - Rihanna

MOUNTAIN LION/COUGAR - POEMA

De poema wordt ook wel bergleeuw genoemd en komt van de familie van de katachtigen. Het is op de jaguar na het zwaarste kat. Ze komen voor in heel midden- en zuid-Amerika en het westen van Noord-Amerika voor.   

De poema leeft solitair in een eigen territorium in verschillende soorten gebieden. Van het hooggebergte tot het tropische regenwoud en van naaldbossen tot woestijnen. Ze komen in een veelheid van biotopen in Amerika voor: van Poema's leven over het algemeen solitair in hun eigen territorium. De grens van dit territorium wordt aangegeven met krabsporen op bomen, urine en ontlasting. Het dier is niet agressief en gaat indringers uit de weg. De poema is stevig gebouwd. De kleur van zijn vacht is roodbruin soms zilverbruin. De onderzijde van zijn snuit is wit. De poema heeft kleine oren. Het dier heeft sterke stevige poten. Zijn achterpoten zijn langer dan zijn voorpoten. Hierdoor kan de poema hele grote sprongen maken, soms wel tussen de 2,5 m tot 5 m hoog en 6 m tot 12 m ver. Door zijn brede poten kan hij zich goed voortbewegen in berggebieden. De poema heeft net als katten vijf tenen op zijn voorpoten en vier op zijn achterpoten. 

Poema's zijn zeer verdraagzaam tegenover hun soortgenoten. De mannetjes hebben een groter territorium dan de vrouwtjes en meestal overlappen de territorium iets. Wanneer zijn buurman in zijn territorium bevindt zal hij deze niet aanvallen. Wanneer een vrouwtje zijn gebied in komt kan hij merken of zij bereid is om te paren. Wanneer zij bereid is om te paren, zullen zij gedurende 2 weken samen jagen en slapen. Meestal krijgt het vrouwtje haar jong aan het einde van de winter of in het vroege voorjaar. De dracht bij poema's is ong. 82 tot 96 dagen. Zij zal tussen rotsen of dicht struikgewas een tot zes jongen werpen, maar meestal zijn het er drie. De jonge wegen bij hun geboorte ruim 230 gram en hebben zwarte vlekken op hun vacht. De moeder zal haar jongen ong. drie maanden zogen, maar na een week of zes beginnen ze met het eten van vlees. Als ze negen maanden kunnen ze zelfstandig jagen. Na twee jaar, als ze geslachtsrijp zijn, verlaten ze hun moeder. Nadat ze het nest hebben verlaten blijven de jongen nog vaak enkele maanden samen. Poema's kunnen in het wild tussen de 18 tot 20 jaar oud worden. 

De poema jaagt vaak 's morgens of 's avonds tijdens de schemering. Overdag slaapt de poema, meestal in een boom of in het hoge gras. Ze kunnen goed horen en ruiken. Wanneer ze hun prooi vinden besluipen ze het, word van dichtbij bespringen en zullen het dier met een krachtige beet achter de kop doden. Daarna slepen ze hun prooi naar een rustige plek om ongestoord te kunnen eten. Als het prooi te groot is verbergt hij het onder zand en bladeren. Hij zal in de buurt van zijn prooi blijven en er elke dag van eten. Zijn voedsel is erg uitgebreid en bestaat uit grote hoefdieren tot zeer kleine prooien zoals kikkers, vissen en sprinkhanen. Poema's vallen zeer zelden mensen aan, die behoren niet tot hun prooi en door hun schuwheid gaan ze mensen uit de weg. Wanneer een poema dreigt aan te vallen, probeer het dier te intimideren, hard maar kalm te schreeuwen en je groot te maken. Hiermee probeer je het dier bang te maken. Poema's richten zich, bij de aanval, op de nek, het hoofd en de rug. Probeer je te verdedigen met stokken, stenen of eventueel met je blote handen.    

E-mailen
Instagram